Piramesse
Piramesse (Per-Ra-mes-su, het ‘Huis van Ramses’) was de strategisch gelegen nieuwe hoofdstad gesticht door Ramses II om de dreiging van de Hettieten uit het noordoosten het hoofd te bieden. Het bestaan van Piramesse was al bekend uit oude teksten voordat de site werd teruggevonden, en verschillende theorieën werden geopperd door Egyptologen. Bij het dorp Qantir werden uiteindelijk geglazuurde tegels van een Nieuwerijks paleis gevonden, en daaropvolgende opgravingen wezen uit dat het hier om Piramesse moest gaan.
Het moderne landschap geeft weinig indicatie dat hier ooit een bloeiende hoofdstad lag. De stad was gelegen op een aantal eilandjes (gezira’s) die droog bleven liggen tijdens de jaarlijkse Nijloverstroming. Het centrum van de stad ligt onder het huidige Qantir. Ten oosten hiervan lagen woonwijken met huizen en tuinen van verschillend formaat. Het westelijke deel van de stad bestond uit een grote tempel voor Amon-Re-Horakhty-Atum en een koninklijk paleis. In het zuidelijke deel bevonden zich barakken en ruimtes voor de elite strijdwagentroepen. In de stad stonden diverse kolossale beelden van Ramses II ter verering door de bevolking.
Piramesse was minder dan twee eeuwen in gebruik. Het probleem, waar ook Memphis mee te maken had, was dat de Nijl de neiging had om te verschuiven. De stad werd verlaten toen de havens onbruikbaar werden. De bevolking en monumentale gebouwen werden daarop verhuisd naar het nabijgelegen Tanis.
Reconstructie van Piramesse (© Artefacts Berlin)