Deir el-Bersha
Deze archeologische site in Midden-Egypte staat bekend als de Middenrijks begraafplaats van de stad Chemenu, de hoofdstad van de Hazengauw. De eerste archeologische opgravingen werden gedaan tussen 1891 en 1915 door o.a. Percy Newberry en Howard Carter. De eerste opgravingen waren vooral gericht op de graven van de gouverneurs uit het Middenrijk. De belangrijkste daarvan was Djehutihotep, die ondanks beschadigingen nog decoratie bevat, waaronder een unieke scène van het transport van een kolossaal standbeeld. In 1915 vond George Andrew Reisner het graf van Djehutynacht. Het bevatte veel houten modellen van boten en offerscènes die nu in het Museum of Fine Arts in Boston te zien zijn.
Deze en andere tombes in het gebied zijn in de oudheid al ernstig beschadigd door mijnbouwactiviteit. Ze bevatten echter belangrijke teksten die het mogelijk maken om een stamboom te reconstrueren van de gouverneurs uit het Middenrijk. Ook is de site een rijke bron van kisten die versierd zijn met de zogenaamde Sarcofaagteksten, een verzameling religieuze teksten uit het Middenrijk.
Sinds 1988 worden er opgravingen verricht door Harco Willems van de Katholieke Universiteit Leuven. De site is daarom niet toegankelijk voor toeristen. Onderzoek heeft uitgewezen dat de begraafplaats al tijdens het Oude Rijk en de Eerste Tussenperiode in gebruik was. In 2007 ontdekte men de tombe van Henu, een hoge ambtenaar uit de Eerste Tussenperiode.
Recenter, in 2019 werd de vondst van de oudst bekende versie van het ‘Tweewegenboek’ bekendgemaakt, op de kist van Ankh, een vrouw uit het Middenrijk.
Bronnen:
Harco Willems, Deir el-Bersha, The Encyclopedia of Ancient History (2013).
Zie ook:
Website van het Dayr al-Barsha project (KU Leuven)
Het kolossale beeld in het graf van gouverneur Djehutyhotep (Huis van Horus)