Nieuws
-
Groots museumnieuws
Groot, groter, grootst…
De filmpjes zijn u vast al om de oren gevlogen: in Cairo is eindelijk het Grand Egyptian Museum (gedeeltelijk) geopend! In twaalf zalen plus een monumentale beeldentrap worden momenteel 4000 bezoekers per dag getrakteerd op duizenden jaren aan geschiedenis. Volgens de eerste berichten is het een overweldigende ervaring.
Na binnenkomst in het gigantische atrium wordt de bezoeker begroet door een 12 meter hoge kolos van Ramses II. Het beeld werd in de 19e eeuw in stukken ontdekt bij de oude hoofdstad Memphis. Het stond sinds 1955 op het Ramsesplein, waar Cairo’s grootste treinstation is gelegen, en kijkt nu schoongeboend neer op de miljoenen bezoekers die het museum straks hoopt te verwelkomen.
Een trap die zes verdiepingen beslaat (er zijn ook opties voor mensen die minder goed ter been zijn) voert de bezoeker langs koningsbeelden, architectonische onderdelen van Oudegyptische tempels, godenbeelden en sarcofagen. Boven aangekomen heeft men een episch uitzicht op de piramides.
De twaalf hoofdzalen zijn zowel chronologisch (prehistorie tot Oude Rijk, Middenrijk, Nieuwe Rijk en latere periodes) als thematisch gerangschikt volgens de onderwerpen maatschappij, koningschap en religie. Als bij een bezoek aan Ikea kan men door de collectie slingeren. De objecten zijn mooi en ruim tentoongesteld en er zijn multimedia displays met reconstructies van de monumenten. De Toetanchamon-galerijen worden op een latere datum geopend.
Plattegrond van de nieuw geopende zalen
Met deze ‘soft opening’ wordt het museum getest op gereedheid en bezoekerservaring. De verwachting is dat het museum straks 15.000 bezoekers per dag zal zien, zo’n 5 miljoen per jaar. Het museum is zodanig ontworpen dat het een ongekende stroom toeristen kan accomoderen. Eerder hebben we gehoord over duistere plannen om het Giza-plateau te Disneyficeren met treintjes en stoeltjesliften. Een project om de granieten deklaag van de piramide van Menkaure te herbouwen werd door nationale en internationale archeologen afgeschoten. Volgens optimistische prognoses verwacht Egypte 30% meer toeristen, de bouw van 40 nieuwe hotels in de omgeving en maar liefst 60.000 nieuwe banen.
Het megaproject bij het Giza-plateau heeft tot nu toe 1 miljard (!) dollar gekost. Meer dan tien jaar is er aan het instituut gebouwd, en de vermeende opening werd keer op keer uitgesteld, waaronder vanwege covid. Met 100.000 artefacten wordt dit het grootste archeologische museum ter wereld gewijd aan één cultuur (als we de faraonische en latere culturen over één kam kunnen scheren). Aan een metrostation dat de site verbindt met de rest van de stad wordt nog gewerkt.
U kunt online tickets kopen, doe dit op tijd.
Wilt u mee op reis om dit prachtige museum zelf te bezoeken? Ga mee met Huis van Horus in februari 2025!
In dit filmpje krijgt u een goede indruk van de zalen die tot nu toe geopend zijn:
Hesyre’s houten panelen
Ondertussen zijn in het ‘oude’ Egyptische Museum aan het Tahrirplein de houten panelen uit het mastaba-graf van Hesyre in Saqqara prachtig tentoongesteld. Voor het eerst zijn vijf complete panelen samen te zien sinds hun ontdekking in de 19e eeuw (de overige vijf tot zes waren erg fragmentarisch). De restauratie van de 4500 jaar oude panelen is uitgevoerd in samenwerking met het Franse insituut in Cairo (IFAO).
Middels een replica van een deel van het graf is te zien hoe de panelen oorspronkelijk in nissen waren geplaatst. Het zijn een soort voorlopers van de latere schijndeur. Hesyre staat ook wel bekend als de eerste tandarts in de geschiedenis, en hij leefde onder koning Djoser tijdens de 3e dynastie van het Oude Rijk.
De reis van de tombes
Wilt u meer weten over 19e eeuwse opgravingen in Saqqara? En mastaba’s die verhuisd zijn naar Europese en Amerikaanse musea? En de moderne bestudering van deze graven d.m.v. digitale epigrafie?
Dan kunt u op 12 december een online lezing volgen door de auteur van deze website, getiteld:
De reis van de tombes: De grafkapel van Hetepherachty en andere museum-mastaba’sHopelijk tot ziens in december (online) of februari (in Egypte)!
-
Kort nieuws
Onderwaterwereld
We kennen deze taferelen al uit de Middellandse Zee bij Alexandrië, maar nu ook uit de Nijl bij Aswan: een Egyptisch-Frans team duikt naar resten van de faraonische beschaving. Ze hebben stèles, inscripties en afbeeldingen gevonden van Amenhotep III, Toetmosis IV, Psamtik II en Apries. Zie hoe de stenen opdoemen in het troebele water… Meer nieuws volgt hopelijk snel!
Romeinse resten
Bij Marsa Matruh aan de noordkust van Egypte is een Romeinse catacombe ontdekt. De begraafplaats werd gevonden door een team van Egyptische archeologen. De catacombe was uit de rotsen gehouwen en bood plaats aan 29 doden. Verder werd er glaswerk, offertafels en beelden aangetroffen. Ook heeft het team een badplaats blootgelegd met een ontvangsthal, badkamers en een watersysteem.
Vrouwen in het Dal der Koningen
Het nieuwe boek van Kathleen Sheppard is uit! Deze auteur focust op de rol van vrouwen in de Egyptologie, zoals Margaret Murray en Caroline Ransom Williams. Haar laatste boek gaat over een aantal vrouwen die actief waren in Egypte tijdens de Vergulde Eeuw. Vooral Amelia Edwards (reizigster, auteur en oprichtster van de EES), Maggie Benson (die samen met haar partner Janet Gourlay de Moet-tempel opgroef) en Emma Andrews (die allerhande opgravingen financierde) komen aan bod. Een heerlijk boek om niet te missen!
-
Nijlvragen
Twee weken geleden werd het nieuws bekend gemaakt dat er een nieuwe tak van de Nijl ontdekt was. De zogenaamde Ahramat (‘piramide’)-tak zou langs 31 piramides lopen, inclusief die van Khufu in Giza. Dit werd geschreven in een nieuwe publicatie door Ghoneim et al. in het wetenschappelijke tijdschrift Communication Earth and Environment van Nature. Deze waterloop ligt nu verborgen onder het landschap en werd met behulp van satellietbeelden, historische kaarten, geofysisch onderzoek en boringen gelokaliseerd.
De ontdekking is belangrijk omdat we zo meer te weten komen over hoe het Oudegyptische landschap eruit zag en hoe de stenen werden aangeleverd voor de bouw van de piramides. Onderaan de vaak lange dalwegen (‘causeways’) van de piramidecomplexen bevinden zich kades waar boten konden aanmeren. Dit is o.a. goed te zijn bij de daltempel van Unas, waarbij de vegetatie erop wijst dat zich hier vroeger water bevond. Het verklaart ook waarom de piramides liggen waar ze nu liggen, relatief ver weg van de Nijl in de woestijn.
De daltempel van Unas, met kade (foto door de auteur)
De Ahramat-tak uit het artikel van Ghoneim
De verdwenen Nijltak, die zich op 2,5 tot 10,25 km afstand van de moderne rivier bevindt, slibte na verloop van tijd dicht met zand en modder. Dit kan te maken hebben gehad met klimaatverandering en de langzame verwoestijning van de Sahara. We weten dat er aan het eind van het Oude Rijk (het tijdperk waarin de meeste en grootste piramides werden gebouwd) sprake was van droogte en wisselvallige Nijloverstromingen.
Op het bericht is gereageerd door o.a. de Egyptologen Francesco Tiradritti, Zahi Hawass en Mark Lehner. Tiradritti benadrukt dat de meeste blokken waaruit de piramides zijn opgetrokken lokaal werden gewonnen. De piramides van Giza staan als het ware in hun eigen steengroeve. De dekstenen van fijnere kalksteen kwamen vaak uit Tura, het rotsplateau aan de overkant van de Nijl, zo’n 25 km van Giza vandaan. Graniet (dat een deel vormde van Menkaure’s deklaag) kwam echter helemaal uit Aswan, 800 km verderop.
Ook zegt hij dat sporen van oude waterwegen niets nieuws zijn, maar dat de loop van de Nijl continu verschoof. De ontdekte Nijltak zou dan niets anders zijn dan de Nijl zelf. Wel draagt het onderzoek volgens hem veel bij aan onze kennis over het gebied.
De Nijl verschoof nogal gedurende de geschiedenis (uit Lutley & Bunbury, Egyptian Archaeology 32, 2008)
Ook Zahi Hawass en Mark Lehner zeggen dat het artikel weinig nieuws biedt en dat het bestaan van een westelijke Nijltak (de Bahr el-Libeini) 50 jaar geleden al door George Goyon is voorgesteld. Het bestaan van havens bij dalwegen was al bekend. Tevens weten we sinds de ontdekking van de Wadi el-Jarf papyri in 2013, die het logboek bevatten van de inspecteur Merer, meer over de aanvoer van stenen naar de piramides.
Het gaat er dus niet om dat het onderzoek in Nature niet van belang is, maar dat je als wetenschapper netjes moet refereren naar eerder onderzoek.
Voor mijn eigen onderzoek is dit allemaal zeer interessant, omdat we zo een steeds beter beeld krijgen van de veranderlijkheid van het Egyptische landschap. We kunnen de scènes op de tombemuren, waarin weelderige moerassen en drukke savannes worden afgebeeld, daardoor beter duiden. Eind 2024 hoop ik klaar te zijn met mijn dissertatie over dit onderwerp.